coverstory Volgens mij is dat ook de enige manier. Samen breng je dingen tot stand die je in je eentje niet kunt realiseren. Ook in de collegezaal is het trouwens niet een kwestie van eenzijdig kennis over het katheder gooien. Mijn colleges voltrokken zich altijd in dialoog met de studenten, al waren we met zijn honderden. Een college moet een belevenis zijn. Het is heel inspirerend om met elkaar te zoeken naar oplossingen voor bijvoorbeeld de milieuproblematiek, óók fiscale oplossingen. Zelf heb ik ook het meest geleerd van leraren die uitdaagden tot debat en mij vervolgens zelf aan het denken zetten.’ Hoe ziet u de toekomst van de SER? ‘Ik ben een notoire optimist. Een idealist ook. De poldermentaliteit steunt op het besef dat de samenleving áltijd is gediend met samenwerking. Als de verhoudingen zijn gepolariseerd, gaan dingen stuk, verloopt het stroef en inefficiënt. We moeten dus heel erg blij zijn met een instelling waar mensen elkaar vertrouwen en samen proberen om maatschappelijke oplossingen te bedenken. Het lijkt mij verstandig om de lijn van het Energieakkoord en de convenanten voor internationaal maatschappelijk verantwoord ondernemen voort te zetten en de scope te blijven verbreden. Talloze maatschappelijke vraagstukken hebben tegenwoordig immers meer stakeholders dan alleen werkgevers en werknemers. Denk bijvoorbeeld aan de jeugdzorg, een taak die inmiddels is overgeheveld naar de gemeenten. Ik kan mij voorstellen dat de SER in de advisering rond zo’n decentralisatieproces nadrukkelijker ook andere overheden betrekt. Niet per se met een geïnstitutionaliseerde zetel, wel door hun een stem te geven in de commissies. Een ander voorbeeld is de milieu- en energietransitie. Betrek daar de grote milieugroeperingen bij, zet idealisten, realisten en belangengroepen samen aan tafel. Dit weerhoudt je van te beperkte inzichten.’ Waarom houdt u er eigenlijk mee op? ‘Ik ben 73 jaar, ben tien jaar kroonlid geweest, dit is het moment. De SER moet blijven vernieuwen en verjongen. Jongere krachten moeten de kans krijgen om het mooie werk voort te zetten. Het is goed om op te houden op het moment dat je best nog even door had kunnen en willen gaan, en niet omdat het móet. Zo ben ik ook gestopt als voorzitter van de plaatselijke harmonie. Overigens deed ik daar in een microkosmos eigenlijk hetzelfde als bij de SER. De muzikanten in zo’n orkest kunnen, hoe deskundig ze ook zijn, niet allemaal dirigent of solist zijn. Bovendien hebben ze verschillende opvattingen over de repertoirekeuze en de jeugdopleiding. Maar uiteindelijk moeten ze wél met elkaar harmonisch de muziek uitvoeren en daarin plezier beleven. Ik speel zelf geen muziekinstrument. Dat heb ik altijd heel jammer gevonden, maar er was vroeger thuis geen geld voor muzieklessen. Ik sla geen concert van de harmonie over. Voor het dorpsleven is een harmonie onmisbaar. Veel mensen hebben een totaal verkeerd beeld van een harmonie. Het is geen hoempapa-, maar symfonische muziek. Ons orkest speelt regelmatig in de schouwburg in Breda, en brengt dan een repertoire ten gehore dat geheel past in die setting.’ En nu? In de tuin werken? Lachend: ‘Mijn manier van in de tuin werken is stukken lezen en drukproeven controleren. Ik lees graag en zal voorlopig redacteurswerk blijven doen, en boeken, artikelen en columns blijven schrijven. Verder zie ik wel.’ n Wie is Leo Stevens? Leo Stevens (1944) is emeritus hoogleraar fiscale economie aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Hij promoveerde in 1980 op het proefschrift 'Belasting naar draagkracht'. Stevens speelde een belangrijke rol bij de herziening van het belastingstelsel in 2001. In 2012 leidde hij een commissie die onderzoek deed naar beter toezicht van de Belastingdienst op fiscale naleving. Na zijn emeritaat in 2006 bleef hij actief als publicist en adviseur op het gebied van belastingwetgeving. SERmagazine 13 Pagina 12

Conflictmanagement

Voor spaarprogramma, online flyers en tijdschriften zie het Online Touch beheersysteem systeem. Met de mogelijkheid voor een webshop in uw reclamefolders.

SERmagaxine maart 2018 Lees publicatie 20Home


You need flash player to view this online publication