Organisatiegraad Nederland versus andere landen Nederland is een Europese middenmoter als het gaat om de positie van de vakbeweging. Met een organisatiegraad van bijna 20 procent zit Nederland wat beneden het gemiddelde van de EU-landen (minus Roemenië en Bulgarije). In Europese landen waar arbeidsvoorwaarden verbonden zijn aan het lidmaatschap van een vakbond (Zweden) of een aanvullende werkloosheidsverzekering via de vakbonden loopt (Zweden, Finland, Denemarken en België), is de organisatiegraad van werknemers aanmerkelijk hoger. Een verklaring voor de lage organisatiegraad is dat in Nederland het persoonlijke voordeel van het vakbondslidmaatschap voor werknemers onduidelijk is. Ook niet-georganiseerden profiteren immers van het werk van de vakbeweging, zoals het afsluiten van een cao. Zij worden ook wel free riders genoemd. Uit onderzoek blijkt dat werknemers het belangrijk vinden dat er vakbonden en cao’s zijn en dat zij die cao’s ook positief waarderen, maar desalniettemin maar beperkt lid zijn van een vakvereniging. Als het gaat om de organisatiegraad van de ondernemersorganisaties doet Nederland mee in de top. Met een percentage van ruim 80 procent van de ondernemingen hoeft Nederland alleen Oostenrijk voor zich te dulden (100 procent) en eindigt het ruim boven het EU-gemiddelde van 55 procent. Ruim 80% van de ondernemers is lid van een ondernemersorganisatie. Bijna 20% van de werknemers is lid van een vakbond DE KRACHT VAN HET OVERLEG 9 Pagina 10

Pagina 12

Heeft u een boek, publitas of online mailings? Gebruik Online Touch: handleiding converteren naar een digitale publicatie.

De kracht van het overleg: Uitleg over de Nederlandse overlegeconomie Lees publicatie 10Home


You need flash player to view this online publication