interview De publieke taken van de schappen zijn vloeiend overgegaan naar het ministerie van EZ. Als er nu een crisis uitbreekt, is het ministerie er klaar voor om die samen met de betrokken partijen te bezweren. Staatssecretaris Sharon Dijksma (EZ) over de opheffing van de schappen en de ambities voor de toekomst. Wat hebben de product- en bedrijfschappen voor Nederland betekend? ‘De product- en bedrijfschappen stammen uit de jaren vijftig en waren toen onderdeel van het sociaaleconomisch bestel. Ze hebben veel goede dingen gedaan. Ze voerden taken uit die sterk verbonden waren met overheidstaken, zoals de bestrijding van dieren- en plantenziektes en de uitvoering van Europese regelgeving. Ook behartigden ze de betreffende sectorbelangen. Met de product- en bedrijfschappen ontstonden er ook collectiviteiten van ondernemers. De schappen hadden de bijzondere mogelijkheid om bindende regels op te stellen. Voor de landbouw bijvoorbeeld leverde dit een sterk georganiseerde sector op, met goede afspraken over plant- en diergezondheid, voedselkwaliteit, onderzoek en innovaties. In die samenwerking zaten niet alleen de werkgevers, maar ook de werknemers en de bonden. Daarmee werd niet alleen het belang van de ondernemers, maar ook van de werknemers gediend. Dat we wereldwijd de tweede exporteur van landbouwproducten zijn, hebben we misschien wel mede te danken aan de productschappen.’ Hadden de schappen hun rol dan niet beter kunnen houden? ‘Voor de opheffing liep er een langlopende discussie over het afschaffen van de schappen, met name in het parlement. Mogelijke alternatieven voor de voortzetting van de publieke taken zijn onderzocht. De Tweede Kamer heeft toen verschillende moties tot opheffing van de product- en bedrijfschappen aangenomen. In het regeerakkoord ‘Bruggen slaan’ van oktober 2012 is afgesproken dat de product- en bedrijfschappen worden opgeheven. Daar is vervolgens uitvoering aan gegeven, waarbij zorgvuldig alle publieke taken zijn overgenomen door het ministerie voor Economische Zaken en het ministerie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport.’ De opheffing was een mega-operatie. Bent u tevreden over hoe die operatie is verlopen? ‘De opheffing was inderdaad een complex proces. Vooral omdat er ook publieke taken moesten worden overgenomen. Er mochten geen leemtes vallen en er mocht ook niet te veel onzekerheid ontstaan bij het bedrijfsleven en bij de medewerkers van de product- en bedrijfschappen. We moesten de kennis en expertise behouden om de continuïteit van de publieke taken te borgen. Sommige taken zoals voorlichting, promotie en het verschaffen van marktinformatie zijn beëindigd. In lijn met het → Wie is Sharon Dijksma? Sharon Dijksma (1971) is staatssecretaris van Economische Zaken in het kabinet-Rutte II. Hiervoor was zij staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in het kabinet-Balkenende IV (2007-2010). In de jaren 1994-2007 en 2010-2012 was ze Tweede Kamerlid voor de PvdA. In de Kamer hield zij zich onder meer bezig met onderwijs, verkeer en waterstaat en algemeen economisch beleid. Verder was zij fractiesecretaris en in 2004-2007 vicefractievoorzitter. Ze startte haar politieke loopbaan bij de Jonge Socialisten, eerst als algemeen secretaris en later als voorzitter. SERspecial 37 Toekomst

Pagina 38

Heeft u een boek, invender of digi-lesmateriaal? Gebruik Online Touch: onderwijscatalogus digitaal bladerbaar maken.

SERmagazine PBO-Special Lees publicatie 10Home


You need flash player to view this online publication