Steffie van den Bosch: Mijn scriptie werd ineens razend actueel Met een pre-pack kunnen noodlijdende bedrijven een eventuele doorstart ‘onder de radar’ voorbereiden. ‘Hoe effectief is dit instrument?’, vraagt Steffie van den Bosch (26) zich af in haar scriptie De pre-pack in de Nederlandse praktijk: Een empirisch onderzoek vanuit economisch perspectief. ‘De publieke aankondiging van een faillissement zorgt vrijwel altijd voor een vertrouwensbreuk met onder meer leveranciers, klanten, schuldeisers en personeel’, legt Van den Bosch uit. Waardevermindering is het gevolg. En dat maakt een doorstart er niet makkelijker op. Om waardevermindering tegen te gaan werd de pre-pack bedacht: een geheim proces onder leiding van een beoogd curator dat voorafgaand aan de bekendmaking van een faillissement een doorstart kan voorbereiden. Tot voor kort leek een wettelijke basis voor de pre-pack een kwestie van tijd. Een recente uitspraak van het Europese Hof heeft het instrument echter op losse schroeven gezet en daarmee ging ook het wetsvoorstel over de Wet continuïteit ondernemingen I, dat algemeen als hamerstuk werd beschouwd, terug naar de tekentafel. De zogeheten Estro-zaak was aangespannen door werknemers en vakbonden, die stelden dat er met gebruik van de pre-pack feitelijk geen sprake was van een faillissement, maar een overname. En in dat geval moet al het personeel volgens Nederlands arbeidsrecht mee naar de volgende eigenaar. ‘Het hof ging mee in die redenering. Maar de vraag is of het ook effectieve winst betekent voor de werknemers’, zegt Van den Bosch. ‘Immers, dat faillissement is er vaak niet voor niets. Moet het bedrijf het personeel na een doorstart aanhouden, dan kan dat vroeg of laat alsnog de definitieve ondergang betekenen.’ Empirisch onderzoek ‘Ik vroeg me dan ook af of de voordelen van zo’n pre-pack het waard zijn om voor te strijden.’ Van den Bosch, die met haar scriptie de studie Ondernemingsrecht aan de Universiteit van Tilburg cum laude afrondde, koos voor een empirisch 12 JUNI 2018 - NR.6 onderzoek. Dat kon ze vanwege haar bedrijfseconomische achtergrond zelf uitvoeren. In het onderzoek vergeleek ze faillissementsverslagen van 160 ondernemingen, waarvan 125 op de ‘reguliere’ wijze een doorstart hadden gemaakt en 35 met gebruik van de pre-pack. Dat was een hele klus; ook vanwege de vertrouwelijkheid. ‘Sommige gegevens, rondom de verkoopprijs bijvoorbeeld, kon ik niet achterhalen. Omdat de meeste rechtbanken gegevens over pre-packzaken niet wilden vrijgeven, moest ik aansluiten bij een bestaand onderzoek waarin 48 pre-packs zijn gedocumenteerd.’ Een belangrijke uitkomst van de vergelijking was dat het behoud van werkgelegenheid bij pre-packs 18 procentpunt hoger lag. Bovendien verlaagt het gebruik van de pre-pack de kans dat de onderneming op termijn alsnog in zwaar weer raakt, ontdekte Van den Bosch. Tegenstanders wijzen op het risico dat bedrijven een pre-pack aangrijpen om op een ‘voordelige manier’ hun organisatie te herstructureren. ‘Dat risico kun je met allerlei tools zo klein mogelijk maken’, denkt Van den Bosch. ‘De ondernemingsraad kan bijvoorbeeld onder geheimhouding betrokken worden.’ Het onderwerp is door de uitspraak van het Europese Hof razend actueel. ‘Het parlement buigt zich nu over mogelijke aanpassingen aan het wetsvoorstel’, zegt Van den Bosch. ‘Dat proces blijf ik natuurlijk op de voet volgen.’ Van den Bosch is inmiddels als promovenda werkzaam bij de vakgroep Ondernemingsrecht aan de Universiteit van Tilburg. Pagina 11

Pagina 13

Heeft u een weekblad, modern media of espaarprogramma? Gebruik Online Touch: clubblad bladerbaar maken.

SERmagazine juni 2018 Lees publicatie 23Home


You need flash player to view this online publication