Stemmen over de bloeitijd De schappen bereikten hun hoogtepunt in het midden van de jaren zestig. De publiekrechtelijke bedrijfsorganisatie telde toen 56 product- en bedrijfschappen. Betrokkenen aan het woord. TEKST Dorine van Kesteren FOTO Dirk Hol Jan Willem van den Braak oud-directeur Sociale Zaken VNO-NCW: ‘Schappen pasten volledig in de overlegeconomie’ ‘De schappen waren een aparte structuur waar lang niet het hele bedrijfsleven bij was aangesloten. Maar ze waren natuurlijk wel onderdeel van de overlegeconomie. De eerste dertig jaar van hun bestaan pasten de schappen volledig in de centraal geleide overlegeconomie. Toen hebben zij hun bloeitijd kunnen beleven. In de loop van de jaren negentig merkte ik voor het eerst dat het draagvlak voor de schappen minder werd. De VVD en D66, twee partijen die wat minder affiniteit hebben met de overlegeconomie, begonnen kritiek te uiten. Dit alles onder het mom van vereenvoudiging, stroomlijning en efficiency. Deze kritiek werd langzaamaan breder, tot alleen het CDA overbleef als beschermheer. Ook in eigen kring hoorden we steeds vaker: waar zijn die schappen eigenlijk voor? Toen is er een proces op gang gekomen van afslanking en modernisering en ging het snel. Je ziet het vaker in de geschiedenis dat de neergang van een instituut op een zeker moment niet meer te stuiten is.’ n Piet Kalle voormalig voorzitter Hoofdbedrijfschap Ambacht (HBA): ‘We deden collectief aan promotie en onderzoek’ ‘Op het hoogtepunt vertegenwoordigde het Hoofdbedrijfschap Ambacht 36 branches: van dakdekkers tot voetverzorgers. Wij zorgden dat zij collectief aan promotie en onderzoek konden doen. Zo hebben de rietdekkers door TNO laten onderzoeken waarom het moderne riet sneller rot was. Dat bleek door de nieuwe manier van aanbrengen te komen. Het goede was dat álle bedrijven in een branche meebetaalden aan onderzoek, promotiecampagnes en opleidingen. Nu het HBA is weggevallen, loopt dit via de brancheorganisaties. Daardoor betaalt nu alleen het georganiseerde bedrijfsleven, terwijl anderen ook meeprofiteren. Daar komt zeker ellende van. Natuurlijk waren er bij het HBA ook weleens discussies over de heffingen. Toch kwamen we er altijd uit. In al die jaren is er echter nog nooit een branche uitgetreden. Op termijn zullen de branches merken dat het HBA er niet meer is. Het is slecht voor de branche, als het gemeenschappelijk belang niet meer wordt behartigd. Zeker in een tijd dat er een tekort aan vakmensen dreigt.’ n 16 SEPTEMBER 2015 Pagina 15
Pagina 17Scoor meer met een online shop in uw vaktijdschriften. Velen gingen u voor en publiceerden verenigingsbladen online.
SERmagazine PBO-Special Lees publicatie 10Home